
Bij het passeren van de grens met Senegal begin je de delta’s te zien en wordt het landschap langzaam groener en al snel werd de landing ingezet voor Banjul, de luchthaven van Gambia.
Tijdens de lunch zag ik een grote aangespoelde zeeschildpad op het strand liggen. Best bijzonder, want aangespoelde zeedieren worden vrijwel meteen verwijderd door de hotels omdat het geen “fris” gezicht is. De lucht hing vol met Hooded Vultures en ook zaten er al velen op de schildpad te pikken.
Na een kort ontbijtje zijn we een wandeling gaan maken door het gebied. We hoorde veel maar de vogels lieten zich moeilijk zijn – het was ook goed warm aan het worden. Toch hadden we leuke waarnemingen met onder andere de Lanner Falcon, Cardinal Woodpecker, Fanti Saw-wing, Didric Cuckoo en de zeldzame wintergast Eurasian Wryneck!
Na de heerlijke lunch zijn we naar Tanji gereden om daar de zeevogels mee te pikken. Soorten zoals de Royal Tern, Caspian Tern, Kelp Gull en Grey-headed Gull waren al snel binnen. De Slender-billed Gull was de grote afwezige, welke we hier wél hadden verwacht.
Deel 2 van dit reisverslag zal gaan over de 2 daarop volgende dagen waarop we onder andere de fotohut van Han Bouwmeester hebben bezocht. Ook zal de 1e dag van onze binnenlandse trip worden behandeld waarin we in 1 lange dag van Kotu naar Georgetown reizen.